Valentiniet

Het mineraal valentiniet is een antimoon-oxide met de chemische formule Sb2O3.

Download our Free bookmarks organizing software today!

Search results for 'Valentiniet':

More information on 'Valentiniet':

Het mineraal valentiniet is een antimoon-oxide met de chemische formule Sb2O3.

Het kleurloze, grijze, gele of roodbruine valentiniet heeft een witte streepkleur, een perfecte splijting volgens kristalvlak [110] en een duidelijke volgens [010]. De gemiddelde dichtheid is 5,69 en de hardheid is 2,5 tot 3. Het kristalstelsel is orthorhombisch en het mineraal is niet radioactief.

Valentiniet is genoemd naar de 16e eeuwse Duitse alchemist B. Valentinus.

Valentiniet komt veel voor als oxidatieproduct van andere antimoonmineralen. De typelocatie is Chalanches, Allemont, Isère, Frankrijk.

Categorieën: Mineraal | Oxide | Verbinding van antimoon

Antimoon

Antimoon, ook antimonium of stibium geheten, is een scheikundig element met symbool Sb en atoomnummer 51. Het is een zilvergrijs metalloïde.

De eerste wetenschappelijke melding van antimoon werd gemaakt in 1450 door Tholden, maar reeds lange tijd daarvoor werden antimoonverbindingen voor uiteenlopende doeleinden gebruikt. Het in de natuur voorkomende antimoonsulfide - het mineraal stibiniet - werd gebruikt als medicijn en voor cosmetica.

Over de herkomst van de naam antimoon bestaat veel onduidelijkheid. Sommige bronnen melden dat de naam een samentrekking is van de Griekse woorden anti en monos, wat vertaald kan worden als niet alleen voorkomend. Volgens andere bronnen komt de naam van de Arabische uitdrukking Antos Ammon dat bloei van god Ammon betekent.

Antimoon wordt veel gebruik in de halfgeleiderindustrie bij de productie van dioden, infrarood detectors en Hall-effect apparatuur. In legeringen levert antimoon een grote bijdrage in de hardheid en sterkte van lood en tin. Daarvoor wordt antimoon veel gebruikt in lood-batterijen. Andere toepassingen zijn:

Antimoonverbindingen worden om de brandwerende eigenschappen ook gebruikt in kinderkleding, speelgoed en bekleding van autostoelen.

Alchemie

Alchemie is een oude vorm van praktische natuurfilosofie, waarin elementen van scheikunde, natuurkunde, astrologie, kunst, semiotiek, metallurgie, geneeskunde, mysticisme en religie worden gecombineerd. Alchemie wordt door alchemisten beoefend. Ze pogen gewone metalen in goud te veranderen (en beweren in een aantal gevallen ook dat het zou zijn gelukt), tegengiffen te vinden voor vergiftigingen, elixers te maken waardoor men onsterfelijk kan worden. Zij bedachten echter ook een aantal chemische werktuigen die nog eeuwen later werden gebruikt, zoals het retort en de Bain Marie. Een aantal aspecten van de alchemie werden verdrongen door de op de moderne wetenschappelijke methode gestoelde scheikunde en farmacologie.

Er bestond en bestaat nog steeds veel verwarring over het eigenlijke doel van de alchemie. Dit is niet toevallig; de alchemisten waren ervan overtuigd dat degenen die niet klaar waren voor de kennis en wijsheid die de alchemie bracht, er ook niets van hoefden te weten. Ze gebruikten daarom veel symboliek, zoals ook het 'van lood goud maken'. Dit is een metafoor voor een zuiveringsproces; niet alleen het zuiveren van stoffen, maar ook het zuiveren van de menselijke geest. Het verkrijgen van het goud, de "lapis philosophorum" of de "steen der wijzen", is synoniem voor 'verlicht' raken. "Zo beneden, zo boven", zegt de alchemist; dit kan gezien worden in tegenstelling tot veel andere geestelijke stromingen, waarin vaak alleen het 'hogere' telt, en de 'aardse' materie wordt afgewezen. De alchemist bewandelt de omgekeerde weg: hij gaat uit van de oermaterie (materie betekent overigens 'moeder') en probeert die te veredelen, door de 'hogere' zielsdelen te scheiden van de 'lagere' elementen. Door zichzelf aldus te veredelen, veredelt hij ook de kosmos of het universum.

De Zwitserse psycholoog Carl Gustav Jung (1875–1961) schreef een aantal boeken, waarin hij een vergelijking trok tussen de symboliek van de alchemie en de symboliek die hij waarnam in het menselijk onderbewustzijn. Dit deed hij onder andere door droomanalyse en de daarin voorkomende archetypen, deze zijn bijvoorbeeld ook terug te vinden als de afbeeldingen van de Grote Arcane in de Tarotkaarten.

Er zijn aanwijzingen dat Mozarts opera de Toverfluit, een allegorie is op het proces van "de alchemistische bruiloft". Vaker wordt beweerd dat deze opera de inwijding bij de vrijmetselaars voorstelt. Deze twee gedachten kunnen samengaan tegen de achtergrond van het idee, dat beide processen vergelijkbaar zijn. In de vrijmetselaars-loge van Mozart had men ook een alchemistisch laboratorium.

Alchemie werd niet alleen bedreven door westerlingen, er zijn vele verschillende soorten alchemie, waaronder Chinese Alchemie, Islamitische Alchemie en Indiase Alchemie. De bekendste westerse alchemisten zijn Nicolas Flamel (circa 1400), Paracelsus (1493–1541) en Isaac Newton (1642–1727).

Source: Wikipedia