Microklien

Het mineraal microklien is een kalium-aluminium-tectosilicaat met de chemische formule KAlSi3O8. Het behoort tot de veldspaten.

Download our Free bookmarks organizing software today!

Search results for 'Microklien':

More information on 'Microklien':

Het mineraal microklien is een kalium-aluminium-tectosilicaat met de chemische formule KAlSi3O8. Het behoort tot de veldspaten.

Het grijs tot grijsgele, groen tot blauwgroene of gelige microklien heeft een glasglans, een witte streepkleur, een perfecte splijting volgens kristalvlak [001] en een goede volgens [010]. De gemiddelde dichtheid is 2,56 en de hardheid is 6. Het kristalstelsel is triklien en de radioactiviteit van het mineraal is nauwelijks meetbaar. De gamma ray waarde volgens het American Petroleum Institute van microklien is 200,97.

De naam van het mineraal microklien is afgeleid van de Griekse woorden micros en klinein ("klein" en "buigen").

Microklien is een veel voorkomende veldspaat in metamorfe, hydrothermale en granitische stollingsgesteenten. Het maakt onderdeel uit van de kaliveldspaat-reeks (albiet-orthoklaas).

Categorieën: Mineraal | Tectosilicaat | Verbinding van kalium | Verbinding van aluminium

Tectosilicaat

Een tectosilicaat is een silicaat met de silicium-zuurstof tetraeders gerangschikt in een driedimensionaal patroon. Voorbeelden van tectosilicaten zijn de veldspaten, veldspaatvervangers en de zeolieten.

Nesosilicaat -- Inosilicaat -- Sorosilicaat -- Cyclosilicaat -- Tectosilicaat -- Fylosilicaat

Categorie: Tectosilicaat

Triklien

Veel vaste stoffen hebben een kristallijne structuur. Dat wil zeggen dat zij bestaan uit een regelmatige opstapeling van een structuureenheid (moleculen, ionen, atomen) die als bouwsteen van de regelmatige stapeling gezien kan worden. De structuureenheden vormen een driedimensionaal rooster. In de kristallografie worden de gestapelde structuureenheden eenheidscellen genoemd.

De regelmatige stapeling wordt translatiesymmetrie genoemd. Naast de translatiesymmetrie bestaat er ook nog interne symmetrie binnen de eenheden. Het geheel van alle symmetrie heet kristalstructuursymmetrie (zie hierna).

De symmetrie heeft onder meer als gevolg dat de gehele structuur van het kristal kan worden beschreven als de inhoud van één eenheidscel of zelfs een gedeelte daarvan, soms aangevuld met een beschrijving van de (zeer kleine) verschillen tussen eenheidscellen.

Een van de technieken die kan worden gebruikt om kristalstructuren te bepalen is de Röntgendiffractie. Dit is tot nog toe (2003) de nauwkeurigste techniek om de structuur van moleculen te onderzoeken. Kristalstructuren van meer dan 250.000 organische verbindingen zijn reeds bepaald en opgeslagen in de Cambridge Structural Database.

Naast kristallijne vaste stoffen bestaan er glasstructuren en amorfe structuren.

Graniet

Graniet is een zuur (of felsisch) stollingsgesteente dat voornamelijk bestaat uit drie mineralen; kwarts, veldspaten (kaliveldspaat en plagioklaas) en mica's (muscoviet en/of biotiet). Ook amfibool komt in graniet voor.

De onderlinge verhouding van de mineralen verschilt, maar doorgaans is kwarts de dominante component (ongeveer 50%). Het kwarts is meestal (melk-)wit, het veldspaat kan gekleurd zijn (crème, roze) en de glimmers zijn meestal bruin of lichtgrijs van kleur.

Graniet is een stollingsgesteente en dat wil zeggen dat het is gevormd bij het ondergronds stollen van magma. (Dit in tegenstelling tot een uitvloeiïngsgesteente zoals basalt dat dichtbij of aan het aardoppervlak gestold is.) Doordat graniet op diepte gestold is, hebben de mineralen bij langzame afkoeling de tijd gehad om kristallen te vormen. Een gesteente dat nog langzamer stolt, meestal in de "armen" van een magmakamer, wordt pegmatiet genoemd. Als graniet wordt blootgesteld aan zeer hoge drukken en temperaturen, verandert het in gneis, een metamorf gesteente.

Het woord komt van het Latijnse woord granus, dat korrel betekent. Het verklaart het vaak korrelige uiterlijk van graniet. Strikt genomen klopt dit niet, omdat een stollingsgesteente niet bestaat uit korrels (wat typisch is voor een sedimentair gesteente). Grofkristallijn zou een betere benaming zijn.

Graniet komt voor in sommige delen van België, al is daar het meeste graniet commercieel al gewonnen. Sommige zwerfstenen in Noord-Nederland bestaan uit graniet, meestal uit Noorwegen of Zweden. (De meeste zwerfstenen zijn in ieder geval granietachtige stollingsgesteenten).

Stollingsgesteente

Stollings- of magmatische gesteenten zijn gesteenten die zijn ontstaan door stolling van lava (aan het aardoppervlak) of magma (onder het aardoppervlak). De hoofdindeling van gesteenten is in stollingsgesteenten, afzettingsgesteenten en metamorfe gesteenten.

Stollinggesteenten worden onderverdeeld in 3 vormen:

In het Engels heten uitvloeiingsgesteenten volcanics, genoemd naar de Romeinse god van het vuur en de vulkanen "Vulcanus" en dieptegesteenten plutonics, genoemd naar de Romeinse god van de onderwereld, "Pluto".

felsisch--------------------------------------------------mafischkwarts - veldspaat - mica - amfibool - pyroxeen - olivijn

Categorieën: Geologie | Stollingsgesteente

Kaliveldspaat

De mineralen-reeks kaliveldspaat is een groep van aluminium-tectosilicaten die behoren tot de veldspaten met samenstellingen tussen de eindleden albiet-orthoklaas, met albiet als natrium-houdend en orthoklaas als kalium-houdend uiterste mineraal. De reeks van mineralen is een zogenaamde vaste oplossing.

De kristallografie van de veldspaten varieert sterk met de samenstelling en is vrij complex. De symmetrie varieert van monoklien tot triklien. Algemeen komen meerdere systemen van splijting voor, ook bestaan er hoge en lage temperatuursvormen.

De individuele kaliveldspaatmineralen, gewoonlijk verkort aangeduid als kaliveldspaat, zijn belangrijke gesteentevormende mineralen in zowel felsische stollings-, metamorfe als sedimentaire gesteenten. Een veel voorkomende kleur van kaliveldspaatkristallen is zalmroze en daarmee is het een vrij gemakkelijk te herkennen mineraal in gesteenten. Door een bepaald type verwering van kaliveldspaat ontstaat uiteindelijk gibbsiet, deze verweringsreactie is beschreven als de verweringsreactie van kaliveldspaat.

felsisch--------------------------------------------------mafischkwarts - veldspaat - mica - amfibool - pyroxeen - olivijn

Categorieën: Mineraal | Tectosilicaat | Verbinding van aluminium

Albiet

Het mineraal albiet is een natrium-aluminium-tectosilicaat met de chemische formule NaAlSi3O8. Het behoort tot de veldspaten.

Het witte, grijze of lichtblauwgroene albiet heeft een glasglans, een witte streepkleur, een perfecte splijting volgens kristalvlak [001] en een goede volgens [010]. De gemiddelde dichtheid is 2,62 en de hardheid is 7. Het kristalstelsel is triklien en het mineraal is noch radioactief, noch magnetisch.

De naam van het mineraal albiet is afgeleid van het Latijnse albus, dat "wit" betekent.

Albiet is een zeer veel voorkomende veldspaat in metamorfe en stollingsgesteenten. Het komt met name voor in pegmatieten. Het is het natrium-eindlid van de plagioklaas-reeks (albiet-anorthiet) en van de kaliveldspaat-reeks (albiet-orthoklaas). De typelocaties voor albiet zijn aangewezen als Amelia in Virginia, VS en de Bourg d'Oisans en Isère in Frankrijk.

Categorieën: Mineraal | Tectosilicaat | Verbinding van natrium | Verbinding van aluminium

Orthoklaas

Het mineraal orthoklaas is een kalium-aluminium-tectosilicaat met de chemische formule KAlSi3O8. Het behoort tot de veldspaten.

Het doorzichtige tot doorschijnende kleurloze, witte, roze tot groenig gele orthoklaas heeft een witte streepkleur, een glasglans en een perfecte splijting volgens het kristalvlak [001] en een goede volgens [010]. De gemiddelde dichtheid is 2,56 en de hardheid is 6, per definitie. Het kristalstelsel is monoklien en de radioactiviteit van orthoklaas is nauwelijks meetbaar. De gamma ray waarde volgens het American Petroleum Institute is 200,97.

De naam van het mineraal orthoklaas is afgeleid van de Griekse woorden orthos ("recht") en klasos, dat "breken" betekent.

Orthoklaas, het kaliumhoudende eindlid van de (albiet-orthoklaas) kaliveldspaat-reeks, is een zeer veel voorkomende veldspaat, in zowel intrusief als extrusief stollingsgesteente en in metamorf gesteente.

Categorieën: Mineraal | Tectosilicaat | Verbinding van kalium | Verbinding van aluminium

Microklien

Het mineraal microklien is een kalium-aluminium-tectosilicaat met de chemische formule KAlSi3O8. Het behoort tot de veldspaten.

Het grijs tot grijsgele, groen tot blauwgroene of gelige microklien heeft een glasglans, een witte streepkleur, een perfecte splijting volgens kristalvlak [001] en een goede volgens [010]. De gemiddelde dichtheid is 2,56 en de hardheid is 6. Het kristalstelsel is triklien en de radioactiviteit van het mineraal is nauwelijks meetbaar. De gamma ray waarde volgens het American Petroleum Institute van microklien is 200,97.

De naam van het mineraal microklien is afgeleid van de Griekse woorden micros en klinein ("klein" en "buigen").

Microklien is een veel voorkomende veldspaat in metamorfe, hydrothermale en granitische stollingsgesteenten. Het maakt onderdeel uit van de kaliveldspaat-reeks (albiet-orthoklaas).

Categorieën: Mineraal | Tectosilicaat | Verbinding van kalium | Verbinding van aluminium

Source: Wikipedia