Mariposiet

Het mineraal mariposiet is een niet officieel erkende chroom-houdende variëteit van fengiet, een muscoviet met veel silica. De chemische formule van het kalium-aluminium-chroom-silicaat is K(Al,Cr)2(Al,Si)4O10(OH)2. Het fylosilicaat behoort tot de mica's.

Download our Free bookmarks organizing software today!

Search results for 'Mariposiet':

More information on 'Mariposiet':

Het mineraal mariposiet is een niet officieel erkende chroom-houdende variëteit van fengiet, een muscoviet met veel silica. De chemische formule van het kalium-aluminium-chroom-silicaat is K(Al,Cr)2(Al,Si)4O10(OH)2. Het fylosilicaat behoort tot de mica's.

Mariposiet is een groene mica, waarbij de groene kleur veroorzaakt wordt door het element chroom. Zoals andere mica's is mariposiet schilferig en heeft het een lage gemiddelde dichtheid. Een gesteente dat voornamelijk uit het mineraal mariposiet bestaat, wordt ook mariposiet genoemd.

Het mineraal mariposiet is genoemd naar de plaats waar het voor het eerst gevonden werd, Mariposa in Californië.

Het mineraal en gesteente mariposiet komt voornamelijk voor in dolomitische marmers. De typelocatie is Mariposa in de Verenigde Staten, maar het wordt ook in Canada en Europa gevonden.

Categorieën: Mineraal | Fylosilicaat | Verbinding van kalium | Verbinding van aluminium | Verbinding van chroom

Chroom

Chroom of chromium is een scheikundig element met symbool Cr en atoomnummer 24. Het is een zilverkleurig overgangsmetaal.

In 1761 vond Johann Gottlob Lehmann in het Oeralgebergte een oranje-rood mineraal dat hij Siberisch rood lood noemde, omdat hij dacht dat het een loodverbinding was met selenium en ijzer. Later bleek dat hij het mineraal crocoiet had gevonden dat uit loodchromaat (PbCrO4) bestaat.

Enkele jaren later bezocht Peter Simon Pallas de locatie opnieuw en ontdekte dat het Siberisch rood lood zeer geschikt was als pigment in verf. Spoedig daarna werd het materiaal populair en bleek er ook een heldere gele kleurstof te kunnen worden gemaakt van crocoiet.

In 1797 lukte het Nicolas-Louis Vauquelin om chroomoxide uit crocoiet te isoleren door het mineraal te mengen met zoutzuur. Een jaar later bleek deze Franse chemicus in staat om uit chroomoxide metallische chroom te isoleren door het in een oven te verhitten. Later ontdekte hij dat sommige edelstenen (zoals robijn) ook sporen van chroom bevatten.

Tot het begin van de 19e eeuw werd chroom voornamelijk gebruikt als verfcomponent. Daarna kwam chroom steeds meer in zwang als metaal in legeringen.

Muscoviet

Het mineraal muscoviet is een gehydrateerd kalium-aluminium-fylosilicaat met de chemische formule KAl2(AlSi3)O10(OH)2.

Muscoviet is een mica, een fylosilicaat met een plaatstructuur die bestaat uit een laag SiO4-tetraeders die ieder met hun buren drie zuurstofatomen delen. Zo vormen zij een vlak netwerk van zeshoekige ringen. In deze lagen is de binding bijzonder sterk, tussen de lagen echter is de binding veel minder sterk, zodat het materiaal gemakkelijk in dunne, vaak doorzichtige lagen te klieven is.

In de kristalstructuur is een ingewikkelde stapeling van de lagen mogelijk, hetgeen leidt tot verschillende polytypes, varianten van de kristalstructuur. Vrijwel alle polytypes van muscoviet zijn monoklien, maar ook zeldzame trigonale stapelingen komen voor.

Chemie: in muscoviet komen een reeks isomorfe vervangingen voor, met als meest gangbaar

Muscoviet is een van de meest voorkomende mica's, en het komt in een grote verscheidenheid aan gesteenten voor, maar voornamelijk in felsisch stollingsgesteente, zoals graniet.

Silica

Silica is een verzamelnaam voor materialen, meest amorfe gels bestaande uit SiO2 en H2O. Silicagel heeft tal van toepassingen: het wordt veelvuldig gebruikt als droogmiddel (in poreuze zakjes bijgevoegd bij elektronische apparatuur of geneesmiddelen), als bindmiddel in tabletten, als schuurmiddel in tandpasta en als dragermateriaal voor katalysatoren. Het wordt eveneens aangewend in de chromatografie. Sinds 1990 is er een grote interesse ontstaan in de ontwikkeling van silica materialen met speciale structuren, de bekendste zijn MCM-41 en MCM-48. Tevens wordt het ook toegepast in kattenbakvullig, in korrelvorm welteverstaan, vanwege zijn absorberende eigenschappen.

Categorie: Mineraal

Silicaat

Nesosilicaat -- Inosilicaat -- Sorosilicaat -- Cyclosilicaat -- Tectosilicaat -- Fylosilicaat

Categorie: Silicaat

Fylosilicaat

Een fylosilicaat is een silicaat waarbij de silica tetraeders volgens een platige structuur gerangschikt zijn. Tussen twee vlakken met silica tetraeders heerst een zwakke binding tussen vrije zuurstofatomen. Door deze structuur splijten fylosilicaten heel makkelijk.

Voorbeelden van fylosilicaten zijn mica's als muscoviet en biotiet en kleimineralen.

Nesosilicaat -- Inosilicaat -- Sorosilicaat -- Cyclosilicaat -- Tectosilicaat -- Fylosilicaat

Categorie: Fylosilicaat

Mica

Mica of glimmer is de naam voor een grote groep mineralen.

Het zijn allen fylosilicaten met de algemene formule (AB2-3X,Si)4O10(O,F,OH)2:

Mica's vormen een belangrijk gesteentevormend onderdeel van felsische vulkanische gesteenten, zoals graniet en rhyoliet. Muscoviet en biotiet zijn daarin de belangrijkste mica's. In metamorfe gesteenten, groenschisten bijvoorbeeld, komt ook chloriet voor. Bij erosie van deze gesteenten worden de mica's gestransporteerd en verweren ze vrij gemakkelijk tot kleimineralen.

Mica's komen vrij veel voor en in vele verschillende samenstellingen. De meest voorkomende mica's zijn:

Mica is vuurvast en doorschijnend. Daarom werd het vroeger vooral voor de plaatjes van kachelvensters gebruikt. Tegenwoordig wordt het gebruikt in condensatoren, als isolerend materiaal en als resonant diafragma in sommige akoestische apparaten. De meeste mica wordt gebruikt in de Verenigde Staten en wordt met name geïmporteerd uit India en Brazilië. Synthetische mica wordt voornamelijk geproduceerd in de Verenigde Staten en China.

Gesteente

Een gesteente is een geconsolideerd (vast) materiaal dat bestaat uit een mineraal of een verbinding van verschillende mineralen. Materialen als zand, modder en grind worden soms als gesteente geclassificeerd, maar vallen eigenlijk onder de term grondsoort. De aardkorst is opgebouwd uit talloze gesteenten. Ze bepalen in belangrijke mate de eigenschappen van het aardoppervlak; reliëf, draagkracht van de ondergrond, het bodemtype dat erop ontstaat en de waterhuishouding.

Veel gesteenten zijn van groot economisch belang. Voorbeelden zijn goud, graniet en marmer. Deze materialen noemt men delfstoffen.

Gesteenten worden ingedeeld op de manier waarop ze zijn ontstaan. Er zijn drie typen te onderscheiden, die hieronder worden toegelicht.

Stollingsgesteenten zijn gevormd uit magma. Het dieptegesteente graniet en het uitvloeiingsgesteente basalt zijn veel voorkomende stollingsgesteenten, ze vormen een belangrijk bestanddeel van respectievelijk de continentale en oceanische korst.

Deze groep wordt ook wel als sedimentgesteenten aangeduid. Het wordt gevormd door de verwering en erosie van andere gesteenten. Het verweringsmateriaal kan op verschillende manieren worden vervoerd. De naam van het sediment is afhankelijk van het soort transport:

Dolomiet

Dolomiet of bitterspaat is een mineraal en een gesteente; calcium-magnesium-carbonaat met de chemische formule CaMg(CO3)2. Het gesteente met dezelfde naam bestaat voor het grootste gedeelte uit het mineraal, het wordt ter onderscheiding ook wel dolosteen genoemd.

In zijn voorkomen lijkt dolomiet op calciet, maar het lost slecht tot niet op in zoutzuur. Het is niet precies bekend hoe het mineraal wordt gevormd, een mogelijkheid is dat het gebeurt in ondiep zeewater in (sub-)tropische gebieden, maar ook andere mechanismen zijn mogelijk. Hoewel het gesteente meestal niet door sedimentatie ontstaat, wordt het toch tot de sedimentaire gesteenten gerekend.

De naam dankt het mineraal aan de 18de eeuwse Franse geoloog Déodat de Dolomieu, die dit mineraal ontdekte in de bergketen die sindsdien naar hem de Dolomieten wordt genoemd.

Het mineraal ontstaat meestal secundair in kalksteen, waar door omzetting van puur calciumcarbonaat dolomiet ontstaat. Doordat Mg ionen plaatsen van Ca ionen in het kristalrooster innemen, ontstaan zowel op atomaire als op macroschaal gaten in het gesteente. Dit is typisch voor secundaire dolomiet.

Dolomiet wordt gebruikt als natuursteen, maar ook als grondstof voor cement, als bron voor magnesiumoxide en voor het vervaardigen van vuurvaste stenen.

Source: Wikipedia