Bauxiet

Bauxiet is de naam van het erts van aluminium. Bauxiet bestaat voor een groot deel uit aluminiumhydroxide; daarnaast bevat het, afhankelijk van de oorsprong, ook verbindingen van titanium, ijzer en silicium.

Download our Free bookmarks organizing software today!

Search results for 'Bauxiet':

More information on 'Bauxiet':

Bauxiet is de naam van het erts van aluminium. Bauxiet bestaat voor een groot deel uit aluminiumhydroxide; daarnaast bevat het, afhankelijk van de oorsprong, ook verbindingen van titanium, ijzer en silicium.

Bauxiet is genoemd naar het dorp Les Baux-de-Provence in het zuiden van Frankrijk, waar het in 1821 werd ontdekt door de Franse geoloog Pierre Berthier. In 1991 is de winning van bauxiet in Frankrijk gestaakt.

Tegenwoordig is Australië de grootste leverancier.

Bauxiet wordt verwerkt tot aluminium door het eerst om te zetten in het oxide, en daaruit door elektrolyse van de smelt het metaal te maken. Dit laatste is een zeer energie-intensief proces; daarom worden aluminiumfabrieken vaak naast elektriciteitscentrales gebouwd.

In 1915 werd in Suriname bauxiet ontdekt. De opbrengst uit bauxiet is een van de belangrijke inkomstenbronnen voor de Surinaamse staat.

Hydroxide

R-zinnen: 35S-zinnen: 1/2-26-37/39-45

Waar mogelijk zijn SI-eenheden gebruikt. Tenzij anders vermeld zijn standaard omstandigheden gebruikt (298,15K of 25°C, 1 bar)

Natriumhydroxide (caustische soda), formule NaOH, is een witte, hygroscopische stof met een smeltpunt van 319 °C en een dichtheid van 2,13 g/cm3. De stof lost onder grote warmteontwikkeling in water op tot natronloog. Het is een sterke base en verdringt zwakkere basen uit hun zouten.

Natriumhydroxide reageert met kooldioxide uit de lucht tot natriumcarbonaat en moet daarom in een afgesloten verpakking worden bewaard.

Alle methoden hebben met elkaar gemeen dat er bijkomende reinigings- en concentratiestappen moeten worden doorlopen om watervrij natriumhydroxide te verkrijgen.

Titanium

Titanium, of titaan, is een scheikundig element met symbool Ti en atoomnummer 22. Het is een grijs metallisch overgangsmetaal, het behoort met Zirconium (Zr), Hafnium (Hf) en Rutherfordium (Rf) tot de titaangroep.

In 1791 ontdekte Rev. William Gregor een nog onbekend element in het mineraal ilmeniet. In 1795 herontdekte Martin Heinrich Klaproth het element, ditmaal in rulieterts en noemde het titanium naar de titanen uit de Griekse mythologie. Omdat het metaal bij hoge temperaturen makkelijk reageert met zuurstof en koolstof, is het moeilijk om zuiver titanium te produceren. In 1922 lukte het A.E. van Arkel om zuiver metallisch titaan te bereiden (jodideproces).

Titanium wordt hoofdzakelijk (ongeveer 95%) gebruikt in de vorm van titaniumdioxide (TiO2); een intens wit pigment (titaanwit) in verf, papier en kunststoffen. Verf met titaniumdioxide reflecteert infrarood licht zeer goed, waardoor het veel wordt gebruikt in de astronomie.

Omdat het metaal sterk, licht en erg corrosiebestendig is, en bovendien bestand tegen extreme temperatuursschommelingen, worden titaniumlegeringen veel toegepast bij de constructie van vliegtuigen en raketten. Andere toepassingen van titanium zijn:

Verder wordt titanium soms gebruikt als constructiemateriaal om zeewater via destillatie om te zetten in drinkwater.

Silicium

Silicium of kiezel is een scheikundig element met symbool Si en atoomnummer 14. Het is een donkergrijs metalloïde.

Silicium is voor het eerst geïdentificeerd door Antoine Lavoisier in 1787. Later werd het door Humphry Davy aangezien voor een verbinding. Pas in 1811 werd duidelijk dat het tóch om een element ging, toen Louis Gay-Lussac onzuiver amorf silicium verkreeg door siliciumtetrafluoride te verhitten in aanwezigheid van kalium. In 1824 maakte Jöns Jacob Berzelius zuiver silicium door dezelfde methode als Lussac te gebruiken, maar door daarna het product meerdere malen uit te wassen. Z'n naam heeft silicium te danken aan het Latijnse Silex, "vuursteen". In 1854 bereidde Henri Saint-Claire Deville voor het eerst kristallijn silicium, de tweede allotrope vorm waarin silicium voorkomt.

De high-tech regio Silicon Valley in Californië is vernoemd naar silicium, omdat silicium een belangrijke grondstof is voor halfgeleiders.

Silicium wordt in veel takken van industrie gebruikt. Siliciumdioxide wordt in de vorm van zand of klei gebruikt voor de productie van veel bouwmaterialen. Voor planten en dieren is silicium van essentieel levensbelang voor het opbouwen van celwanden. Andere industrietakken die veelvuldig gebruikmaken van silicium zijn:

Daarnaast zijn er nog tal van andere toepassingen van silicium in de industrie.

Les Baux-de-Provence

43°45′N.B. 4°48′O.L.

Les Baux-de-Provence is een gemeente in het Franse departement Bouches-du-Rhône (regio Provence-Alpes-Côte d'Azur) en telt 434 inwoners (1999). De plaats maakt deel uit van het arrondissement Arles.

De oppervlakte van Les Baux-de-Provence bedraagt 18,3 km², de bevolkingsdichtheid is 23,7 inwoners per km². De geografische coördinaten zijn 43° 45' N.B. 4° 48' O.L.

Onderstaande figuur toont het verloop van het inwonertal (bron: INSEE tellingen).

Categorie: Gemeente in Bouches-du-Rhône

Geoloog

Geologie of aardkunde is de wetenschap die de aarde, haar geschiedenis en de processen die haar vormen en gevormd hebben, bestudeert. Geologie behoort tot de aardwetenschappen. Wetenschappers die de geologie als vakgebied hebben worden geologen genoemd.

Als eerste moderne geoloog wordt James Hutton beschouwd. In 1785 presenteerde hij een artikel met de titel Theory of the Earth aan de Royal Society te Edinburgh. In dit artikel beschreef hij zijn theorie dat de aarde veel ouder moet zijn dan tot dan toe was aangenomen, er moest veel meer tijd overheen zijn gegaan voor de bergen om te eroderen, en om sediment op te bouwen op de bodem van de zee, zodat nieuwe landmassa's werden gevormd.

De navolgers van Hutton stonden wel bekend als plutonisten omdat zij dachten dat veel gesteenten werden gevormd door vulkanisme, het deponeren van lava door vulkanen, in tegenstelling tot de neptunisten, die vermoedden dat alle gesteenten neergeslagen waren vanuit een grote oceaan waarvan het zeeniveau geleidelijk daalde.

William Smith (1769-1839) tekende de eerste geologische kaarten en begon de ordening van strata (lagen) via het bekijken van de daarin voorkomende fossielen.

Charles Lyell schreef het beroemd geworden boek Principles of Geology, voor het eerst gepubliceerd in 1830, maar tot zijn dood in 1875 voortdurend gereviseerd. Hij introduceerde de doctrine van het uniformitarianisme. Deze theorie leert dat langzame, graduele processen het oppervlak van de aarde gevormd hebben, en nog steeds aan het werk zijn. In de geologie heeft deze theorie het gewonnen van het catastrofisme, dat zei dat het oppervlak van de aarde werd gevormd in korte, catastrofische episodes, en tussendoor vrijwel onveranderd bleef. (Hutton was ook een uniformitarianist, maar in zijn tijd vond dit nog niet veel navolging).

Elektrolyse

Elektrolyse is een scheikundige methode waarbij met een elektrische stroom verbindingen en elementen worden gescheiden.

In 1832 ontdekte Michael Faraday dat in een zoutoplossing elementen scheiden als er een elektrische stroom doorgestuurd wordt en dat die scheiding afhankelijk is van de stroom. Later werd deze ontdekking bekend als de eerste elektrolysewet van Faraday.

Hierna ontdekte Faraday ook dat de massa van de gescheiden elementen recht evenredig was met de atoommassa van de betrokken elementen. Hierdoor werd het vermoeden van het bestaan van elektronen versterkt. Deze ontdekking werd bekend als de tweede elektrolysewet van Faraday.

Het te scheiden materiaal wordt opgelost of gesmolten, zodat de ionen vrij kunnen bewegen. In de oplossing worden twee elektroden gedompeld: de kathode en de anode. Tussen deze elektroden wordt een elektrische potentiaal aangebracht. Hierdoor zullen positief geladen deeltjes (kationen) naar de kathode bewegen en negatief geladen deeltjes (anionen) naar de anode. Aan de elektroden worden elektronen afgestaan of opgenomen, waarbij de ionen overgaan in de overeenkomstige ongeladen deeltjes. De energie die nodig is voor het scheiden, is afhankelijk van de concentratie van de oplossing en neemt toe naarmate de concentratie hoger wordt.

Bij de elektrolyse van water zal waterstofgas ontstaan aan de kathode en zuurstofgas aan de anode:

Suriname

(Details)

(Details)

Suriname is een republiek aan de noordoostkust van Zuid-Amerika.

Het grenst in het oosten aan Frans-Guyana, in het westen aan Guyana (voormalig Brits Guiana), in het zuiden aan Brazilië en in het noorden aan de Atlantische Oceaan. Suriname heeft zowel met Guyana als met Frans-Guyana een grensgeschil. Het land is 163.820 km² groot en heeft een kustlijn van 386 km.

De eerste kolonisatie vond vanaf 1650 plaats door de Britten. Tijdens de Tweede Engelse Oorlog werd Suriname in 1667 door Abraham Crijnssen veroverd op de Engelsen. Bij de Vrede van Breda zagen de Nederlanders voorlopig af van de teruggave van de door de Britten ingenomen Nederlandse kolonie Nieuw-Nederland (de huidige staat New York); op hun beurt eisten de Engelsen niet meteen dat Suriname ontruimd zou worden. Men spreekt hierom wel van een "ruil" van beide gebieden. Na de Derde Engelse Oorlog werd deze feitelijke toestand in 1674 de officiële door de Vrede van Westminster. In 1683 werd de Societeit van Suriname opgericht. De eerste gouverneur van Suriname was Cornelis van Aerssen van Sommelsdijck. De stad Amsterdam en de Westindische Compagnie bezaten de overige tweederde. Aan het einde van de 18e eeuw ging de WIC failliet en de familie Van Aerssen verkocht haar bezit. Amsterdam was toen de enige belanghebbende. De naburige koloniën Berbice en Essequibo, ongeveer het huidige Guyana, werden reeds enkele decennia gekoloniseerd door Nederlanders. Suriname, Berbice en Essequibo vormen het zogenaamde Nederlands Guiana.

Bauxiet

Bauxiet is de naam van het erts van aluminium. Bauxiet bestaat voor een groot deel uit aluminiumhydroxide; daarnaast bevat het, afhankelijk van de oorsprong, ook verbindingen van titanium, ijzer en silicium.

Bauxiet is genoemd naar het dorp Les Baux-de-Provence in het zuiden van Frankrijk, waar het in 1821 werd ontdekt door de Franse geoloog Pierre Berthier. In 1991 is de winning van bauxiet in Frankrijk gestaakt.

Tegenwoordig is Australië de grootste leverancier.

Bauxiet wordt verwerkt tot aluminium door het eerst om te zetten in het oxide, en daaruit door elektrolyse van de smelt het metaal te maken. Dit laatste is een zeer energie-intensief proces; daarom worden aluminiumfabrieken vaak naast elektriciteitscentrales gebouwd.

In 1915 werd in Suriname bauxiet ontdekt. De opbrengst uit bauxiet is een van de belangrijke inkomstenbronnen voor de Surinaamse staat.

Source: Wikipedia