Chalcopyriet

Het mineraal chalcopyriet is een koper-ijzer-sulfide met de chemische formule CuFeS2.

Download our Free bookmarks organizing software today!

Search results for 'Chalcopyriet':

More information on 'Chalcopyriet':

Het mineraal chalcopyriet is een koper-ijzer-sulfide met de chemische formule CuFeS2.

De kleur van het mineraal is messinggeel, soms ook wat groenig. Vaak zijn als gevolg van oxidatie aan het oppervlak een grote verscheidenheid aan kleuren te zien en het heeft een slechte splijting. De streepkleur van het opake chalcopyriet is groenig zwart Het mineraal heeft een tetragonale kristalstructuur, met de ribben: a=52.5 nm, c=103.2nm. De structuur lijkt zeer veel op die van sfaleriet (zinkblende).

Het mineraal is genoemd naar het Griekse woord chalcos en pyriet ("koper"-pyriet), naar de kleuren die chalcopyriet vaak vertoont.

Chalcopyriet is een van de meest voorkomende sulfides, en is algemeen voorkomend in een grote hoeveelheid sulfidische ertsen. Het geld ook als een der belangrijkste koper-ertsmineralen.

Categorieën: Mineraal | Sulfide

Magnetisme

Al in de Oudheid ontdekte men dat magnetietkristallen elkaar afhankelijk van de oriëntatie aantrekken of afstoten. Dit natuurkundige verschijnsel wordt magnetisme genoemd. Magnetiet is, evenals magnesium genoemd naar Magnesia, een gebied in Thessalië in het oude Griekenland.

Verantwoordelijk voor het magnetisme van magnetiet is het aanwezige ijzer. Veel ijzerlegeringen vertonen magnetisme. Naast ijzer vertonen ook nikkel en kobalt magnetische eigenschappen.

Voorwerpen die dit verschijnsel sterk vertonen noemt men magneten. Er zijn natuurlijke en kunstmatige magneten (bijvoorbeeld Alnico,Fernico, ferrieten). Alle magneten hebben twee polen die noordpool en zuidpool worden genoemd. De noordpool van een magneet stoot de noordpool van een andere magneet af, en trekt de zuidpool van een andere magneet aan. Twee zuidpolen stoten elkaar ook af. Omdat ook de aarde een magneetveld heeft, met z'n zuidpool vlak bij de noordpool en z'n noordpool vlakbij de zuidpool, zal een vrij ronddraaiende magneet altijd de noord-zuidrichting aannemen. De benamingen van de polen van een magneet zijn hiervan afgeleid. Overigens wordt gemakshalve, maar wel enigszins verwarrend, de zuidpool van de "aardemagneet" de magnetische noordpool genoemd en de noordpool van de "aardemagneet" de magnetische zuidpool.

Een verwant verschijnsel is elektromagnetisme, magnetisme dat ontstaat door een elektrische stroom.

Bij nadere beschouwing blijkt het magnetisme in van nature magnetische of magnetiseerbare materialen, net als elektromagnetisme, ook veroorzaakt te worden door bewegende elektrische lading. James Maxwell heeft, voortbouwend op onderzoek van o.a. Michael Faraday al in de negentiende eeuw een zeer elegante wiskundige formulering gegeven van elektriciteit en magnetisme die door Heaviside werd bijgeschaafd tot slechts vier differentiaalvergelijkingen, de vergelijkingen van Maxwell waarmee alle macroscopische elektrische en magnetische verschijnselen zijn te beschrijven.

Koper (element)

Koper is een scheikundig element met symbool Cu en atoomnummer 29. Het is een rood/geel overgangsmetaal.

Opgravingen in het noorden van wat tegenwoordig bekend is als Irak, hebben aangetoond dat koper al werd gebruikt rond 8700 v. Chr. Andere opgravingen wijzen uit dat men in 5000 v. Chr. koper al smolt en isoleerde uit koperhoudende mineralen zoals malachiet en azuriet.

Van de Sumeriërs en Egyptenaren is bekend dat zij rond 3000 v. Chr. koper smolten en gebruikten om brons te maken. Ook in China was het gebruik van koper bekend en zijn er zeer hoogwaardige bronzen voorwerpen uit 1200 v. Chr. gevonden. De in 1991 in de Oostenrijks/Italiaanse Alpen gevonden mummie Ötzi, die vermoedelijk omstreeks 3300 v. Chr. is gestorven, droeg gereedschap dat uit 99,7% zuiver koper bestond.

In de mythologie en alchemie werd koper vaak geassocieerd met de godheid Aphrodite vanwege de mooie glans. Om die reden werd koper vroeger onder andere gebruikt voor spiegels. De naam koper is vermoedelijk een verbastering van Cyprus.

Cyprus in de griekse term.

Sulfide

Een sulfide is een ion van zwavel in oxidatietoestand -2 (S-2). Een groep van ongeveer 600 mineralen,zoals antimoniet en galeniet waarin zwavel een binding vormt met metallische en metaalachtige elementen.De meeste sulfiden zijn ondoorzichtig,en duidelijk gekleurd en gestreept.

Categorieën: Zout | Verbinding van zwavel

Sfaleriet

Het mineraal zinkblende, ook wel sphaleriet of sfaleriet genoemd is de belangrijkste bron voor de winning van zink. Het mineraal bestaat grotendeels uit ZnS, zinksulfide en bevat rond de 67% zink. Het mineraal kan echter ook grote hoeveelheiden ijzer bevatten. Cadmium kan ook in winbare hoeveelheden voorkomen. Het mineraal bevat vaak insluitsels van chalcopyriet (CuFeS2).

Sfaleriet komt regelmatig voor als verontreiniging in looderts.

Het mineraal heeft een hardheid van 3,5 - 4, en een soortelijke massa van 3,9 - 4,1. De geringe hardheid maakt dat het mineraal voor sieraden niet geschikt is.

Zinkblende is heeft een kubische kristalstructuur met als ruimtegroep F-43m. Het kan bestaan uit tetrahedrale of dodecahedrale kristallen, maar het heeft doorgaans geen mooie kristalvormen (anhedrisch).

Splijting vindt plaats volgens het kristalvlak {110}. Vertweelinging volgens de as [111].

Source: Wikipedia