Aragoniet

Het mineraal aragoniet is een calcium-carbonaat met chemische formule CaCO3. Het is een onstabiele vorm van calciet en is daardoor moeilijk te onderscheiden van calciet, omdat de meeste eigenschappen gelijk zijn. Door middel van een kleurtest kan een onderscheid gemaakt worden: met een Feigl-oplossing wordt aragoniet zwart, terwijl calciet kleurloos blijft.

Download our Free bookmarks organizing software today!

Search results for 'Aragoniet':

More information on 'Aragoniet':

Het mineraal aragoniet is een calcium-carbonaat met chemische formule CaCO3. Het is een onstabiele vorm van calciet en is daardoor moeilijk te onderscheiden van calciet, omdat de meeste eigenschappen gelijk zijn. Door middel van een kleurtest kan een onderscheid gemaakt worden: met een Feigl-oplossing wordt aragoniet zwart, terwijl calciet kleurloos blijft.

Aragoniet wordt steeds gevormd bij lage temperatuur dichtbij het aardoppervlak. Aragoniet wordt gevonden in Geisers, warmwaterbronnen, grotten, als oölieten in ondiepe zeeën, in schelpen en in parels.

Vindplaatsen in Europa zijn Aragón (Spanje), Limousis (Frankrijk), Girgenti (Sicilië), Bilin (Bohemen) en Eisenertz (Oostenrijk).

Categorieën: Mineraal | Carbonaat | Verbinding van calcium

Habitus

Habitus betekent verschijningsvorm. Het wordt als technische term in verschillende vakgebieden gebruikt.

Afhankelijk van welke richtingen van een kristal het snelste groeien wordt de uiterlijke vorm van het macroscopische kristal uiteindelijk bepaald. Deze vorm heet de habitus van het kristal. Het zijn de kristalvlakken die het langzaamste groeien, die aan het oppervlak overblijven; de andere vlakken "groeien eruit".

De kinetiek van de kristalgroei hangt sterk van uitwendige factoren af, bijvoorbeeld de aan- of afwezigheid van verontreinigingen in de oplossing of de smelt waaruit het kristal groeit, de temperatuur en de druk. Een mineraal kan dus best op de ene vindplaats met de ene habitus (bijvoorbeeld een kubus) en op de andere met een andere (bijvoorbeeld een octaëder) gevonden worden. De inwendige structuur is dan echter nog steeds hetzelfde.

De hoeken die de kristalvlakken met elkaar maken liggen vast door de kristalstructuur, dat wil zeggen de inwendige symmetrie. Een bepaald mineraal kan dus maar één bepaald stel hoeken vertonen.

Categorie: Materiaalkunde

Calciet

Het mineraal calciet (ook wel kalkspaat) is een calcium-carbonaat met de samenstelling CaCO3. Het behoort tot de ruimtegroep R-3c en is één van de meest voorkomende mineralen.

Het heeft een rhomboëdrische structuur en wordt soms als rhomboëdrische prisma's gevonden, maar het komt ook vaak in andere vormen voor zoals scalenoëdra of in vezel-, korrel- of kompakte vorm. De kristalstructuur is in hoofdzaak functie van de temperatuur, graad van oververzadiging in de nabije omgeving van het kristal en de CO2-druk. De calciet structuur is de stabiele modificatie van CaCO3 bij kamertemperatuur. Er is een andere vorm aragoniet die bij 743K in calciet overgaat.

In zuiver kristallijne vorm is calciet helder, kleurloos doorschijnend, maar door onzuiverheden kan het allerlei kleuren aannemen, zoals grijs, blauw, violet en zelfs zwart. Vaak is het ook ondoorzichtig wit. Het mineraal kan zowel fosforescentie als fluorescentie vertonen. De hardheid is per definitie 3.

Calciet is sterk dubbelbrekend. Deze optische eigenschap werd het eerst beschreven door Rasmus Bartholin toen de prachtige IJslandse vorm van het mineraal, die uit grote glasheldere rhomboëders bestaat, beschikbaar werd.

Calciet is een algemeen bestanddeel van sedimentaire gesteenten, van aders en in afzettingen in hete bronnen en spelonken in karstgebieden (als druipsteen). Het is het mineraal dat kalksteen vormt en daarmee het meest voorkomende mineraal van biologische oorsprong. Calciet is het hoofdbestanddeel van kalksteen, krijtgesteente en marmer en is het een belangrijk bestanddeel van mergel, kalkhoudende zandsteen en kalkschalies.

Bohemen

Bohemen (Tsjechisch: Čechy) is een historische regio in Tsjechië. Het beslaat zo'n tweederde van het Tsjechische grondgebied. De rest van Tsjechië valt onder Moravië en een klein deel van Silezië.

Het gebied beslaat zo'n 52.750 km² en telt 6,25 miljoen inwoners. Tot Bohemen behoren de grote steden Praag, Plzeň, České Budějovice, Liberec, Teplice en Hradec Králové.

In Bohemen liggen behalve de hoofdstad Praag de volgende bestuurlijke regio's (krajs): Karlsbad, Ústí nad Labem, Liberec, Hradec Králové, Pilsen en Midden-Bohemen. De regio's Pardubice, Vysocina en Zuid-Bohemen liggen gedeeltelijk in Bohemen en gedeeltelijk in Moravië (zie ook: Regio's van Tsjechië).

Het gebied is erg populair onder westerse toeristen. Dat geldt vooral voor de stad Praag en de natuurgebieden het Boheems Paradijs (Český ráj) en het Reuzengebergte (Krkonoše).

De eerste melding van Bohemen wordt gemaakt door de Romeinen: het was het woongebied van de Keltische stam Boii. De eerste Slavische voorouders van de huidige Tsjechen kwamen er in de 6e eeuw n.C. te wonen. In de negende eeuw behoorde het gebied tot het Moravische Rijk, dat christelijk was, en op Byzantium georiënteerd. Na de val van dit rijk komt de dynastie der Přemysliden aan de macht, die zich op Rome richt.

Aragoniet

Het mineraal aragoniet is een calcium-carbonaat met chemische formule CaCO3. Het is een onstabiele vorm van calciet en is daardoor moeilijk te onderscheiden van calciet, omdat de meeste eigenschappen gelijk zijn. Door middel van een kleurtest kan een onderscheid gemaakt worden: met een Feigl-oplossing wordt aragoniet zwart, terwijl calciet kleurloos blijft.

Aragoniet wordt steeds gevormd bij lage temperatuur dichtbij het aardoppervlak. Aragoniet wordt gevonden in Geisers, warmwaterbronnen, grotten, als oölieten in ondiepe zeeën, in schelpen en in parels.

Vindplaatsen in Europa zijn Aragón (Spanje), Limousis (Frankrijk), Girgenti (Sicilië), Bilin (Bohemen) en Eisenertz (Oostenrijk).

Categorieën: Mineraal | Carbonaat | Verbinding van calcium

Source: Wikipedia