Enstatiet

De pyroxenen (inosilicaten) enstatiet (chemische formule MgSiO3) en ferrosiliet (Fe2+MgSiO3) vormen een complete vaste oplossingsreeks en zijn veel voorkomende gesteentevormende mineralen in stollings- en metamorfe gesteenten, en ook in meteorieten.

Download our Free bookmarks organizing software today!

Search results for 'Enstatiet':

More information on 'Enstatiet':

De pyroxenen (inosilicaten) enstatiet (chemische formule MgSiO3) en ferrosiliet (Fe2+MgSiO3) vormen een complete vaste oplossingsreeks en zijn veel voorkomende gesteentevormende mineralen in stollings- en metamorfe gesteenten, en ook in meteorieten.

De tussenliggende compositie, met magnesium en ijzer2+, (Mg,Fe)SiO3, is ook bekend onder de naam hyperstheen, maar deze naam is officieel niet meer in gebruik en vervangen door enstatiet of ferrosiliet.

Enstatiet en de andere orthorhombische pyroxenen verschillen van de monokliene door hun optische eigenschappen zoals uitdoving en pleochroïsme. De kristallen hebben een prismatische splijting volgens twee nagenoeg loodrechte assen. Enstatiet is wit, grijs, groenig of bruin. De hardheid is 5 tot 6 en de dichtheid is 3,2 tot 3,3 kg/m3.

Enstatietkristallen worden gevonden in steen- en ijzermeteorieten, zoals ook in de meteoriet die neerkwam bij Breitenhach in het Ertsgebergte, Bohemen. Grote kristallen, tot 30 cm lengte, worden gevonden in mica-schist doorsnijdende apatietaders in de apatietmijn van Kjorrestad, bij Brevig in zuid-Noorwegen. Individuele kristallen worden zelden gevonden, omdat het mineraal voorkomt in stollingsgesteenten of mantelgesteenten als peridotiet en pyroxeniet. Door verwering van die gesteenten ontstaat het mineraal serpentijn. Kleine kristallen worden in uitvloeiingsgesteenten als trachieten en andesieten gevonden.

Categorieën: Mineraal | Inosilicaat | Verbinding van magnesium

Pyroxeen

De groep mineralen die pyroxenen genoemd worden, is een groep belangrijke silicaten in magmatische en metamorfe gesteenten . Karakteristiek is een structuur van enkele silica ketens in tetraëders; inosilicaat. Twee kristalvormen zijn mogelijk:

De algemene formule voor pyroxeen luidt XY(Si,Al)2O6 (met voor X calcium, natrium, ijzer2+ en magnesium en (zeldzaam) zink, mangaan en lithium. Y bevat kleinere ionen, zoals chroom, aluminium, ijzer3+, magnesium, mangaan, scandium, titanium, vanadium en zelfs ijzer2+). Hoewel aluminium vaak voorkomt als vervanging van silicium in silicaten, is dat niet het geval in pyroxeen.

De naam pyroxeen is afgeleid van het Griekse pyros en xenos ("vuur" en "vreemd"). Deze naam werd gegeven naar aanleiding van het voorkomen in vulkanische lava's waar pyroxenen soms als kristallen ingebed liggen in het omringende vulkanische glas; verondersteld werd dat het onvolkomenheden in het glas waren, daarom de naam "vuur vreemdelingen". Het zijn echter vroeg vormende mineralen die al uitgekristalliseerd zijn voordat het magma aan het aardoppervlak komt (lava). Zodoende "drijven" de pyroxeenkristallen in de smelt die door snelle afkoeling het vulkanisch glas, of obsidiaan vormt.

De mantel bestaat voornamelijk uit olivijn en pyroxeen. Pyroxenen komen in alle mafische stollingsgesteenten voor, en ook in mantelgesteentes als peridotiet en serpentiniet.

felsisch--------------------------------------------------mafischkwarts - veldspaat - mica - amfibool - pyroxeen - olivijn

Inosilicaat

Een inosilicaat is een silicaat waarbij de silica-tetraeders enkele of dubbele ketens vormen. De enkele ketens hebben de algemene formule Si2O7 en de dubbele ketens de algemene formule Si8O22.

Voorbeelden van inosilicaten met enkele ketens zijn de pyroxenen en met dubbele ketens de amfibolen.

Nesosilicaat -- Inosilicaat -- Sorosilicaat -- Cyclosilicaat -- Tectosilicaat -- Fylosilicaat

Categorie: Inosilicaat

Stollingsgesteente

Stollings- of magmatische gesteenten zijn gesteenten die zijn ontstaan door stolling van lava (aan het aardoppervlak) of magma (onder het aardoppervlak). De hoofdindeling van gesteenten is in stollingsgesteenten, afzettingsgesteenten en metamorfe gesteenten.

Stollinggesteenten worden onderverdeeld in 3 vormen:

In het Engels heten uitvloeiingsgesteenten volcanics, genoemd naar de Romeinse god van het vuur en de vulkanen "Vulcanus" en dieptegesteenten plutonics, genoemd naar de Romeinse god van de onderwereld, "Pluto".

felsisch--------------------------------------------------mafischkwarts - veldspaat - mica - amfibool - pyroxeen - olivijn

Categorieën: Geologie | Stollingsgesteente

Metamorf gesteente

Metamorf gesteente is gekristalliseerd of gemetamorfoseerd op grote diepte onder het aardoppervlak, of door hoge temperatuur. De stollings- en metamorfe gesteenten worden gevormd door middel van endogene processen, de sedimentgesteenten door exogene processen.

De hoofdindeling van gesteenten is stollingsgesteenten, afzettingsgesteenten en metamorfe gesteenten.

Categorie: Geologie

Hyperstheen

Het mineraal hyperstheen is een magnesium-ijzer-inosilicaat met de chemische formule MgFe2+Si2O6. Het behoort tot de orthopyroxenen.

Het grijswitte, lichtgroene of bruinzwarte hyperstheen heeft een grijsgroenwitte streepkleur, een glas- tot zijdeglans en een perfecte splijting volgens de kristalvlakken [100] en [010]. De gemiddelde dichtheid is 3,55 en de hardheid is 5,5 tot 6. Het kristalstelsel is orthorhombisch en het mineraal is niet radioactief.

De naam van het mineraal hyperstheen is afgeleid van de Griekse woorden hyper en stenos ("boven" en "kracht").

Hyperstheen is een veel voorkomend orthopyroxeen in mafische stollingsgesteenten en meteorieten. De typelocatie is het donkere magmatisch gesteente van de Adirondack regio in de staat New York, in het bijzonder de North Creek granaatvoorkomens.

Categorieën: Mineraal | Inosilicaat | Verbinding van magnesium | Verbinding van ijzer

Bohemen

Bohemen (Tsjechisch: Čechy) is een historische regio in Tsjechië. Het beslaat zo'n tweederde van het Tsjechische grondgebied. De rest van Tsjechië valt onder Moravië en een klein deel van Silezië.

Het gebied beslaat zo'n 52.750 km² en telt 6,25 miljoen inwoners. Tot Bohemen behoren de grote steden Praag, Plzeň, České Budějovice, Liberec, Teplice en Hradec Králové.

In Bohemen liggen behalve de hoofdstad Praag de volgende bestuurlijke regio's (krajs): Karlsbad, Ústí nad Labem, Liberec, Hradec Králové, Pilsen en Midden-Bohemen. De regio's Pardubice, Vysocina en Zuid-Bohemen liggen gedeeltelijk in Bohemen en gedeeltelijk in Moravië (zie ook: Regio's van Tsjechië).

Het gebied is erg populair onder westerse toeristen. Dat geldt vooral voor de stad Praag en de natuurgebieden het Boheems Paradijs (Český ráj) en het Reuzengebergte (Krkonoše).

De eerste melding van Bohemen wordt gemaakt door de Romeinen: het was het woongebied van de Keltische stam Boii. De eerste Slavische voorouders van de huidige Tsjechen kwamen er in de 6e eeuw n.C. te wonen. In de negende eeuw behoorde het gebied tot het Moravische Rijk, dat christelijk was, en op Byzantium georiënteerd. Na de val van dit rijk komt de dynastie der Přemysliden aan de macht, die zich op Rome richt.

Mica

Mica of glimmer is de naam voor een grote groep mineralen.

Het zijn allen fylosilicaten met de algemene formule (AB2-3X,Si)4O10(O,F,OH)2:

Mica's vormen een belangrijk gesteentevormend onderdeel van felsische vulkanische gesteenten, zoals graniet en rhyoliet. Muscoviet en biotiet zijn daarin de belangrijkste mica's. In metamorfe gesteenten, groenschisten bijvoorbeeld, komt ook chloriet voor. Bij erosie van deze gesteenten worden de mica's gestransporteerd en verweren ze vrij gemakkelijk tot kleimineralen.

Mica's komen vrij veel voor en in vele verschillende samenstellingen. De meest voorkomende mica's zijn:

Mica is vuurvast en doorschijnend. Daarom werd het vroeger vooral voor de plaatjes van kachelvensters gebruikt. Tegenwoordig wordt het gebruikt in condensatoren, als isolerend materiaal en als resonant diafragma in sommige akoestische apparaten. De meeste mica wordt gebruikt in de Verenigde Staten en wordt met name geïmporteerd uit India en Brazilië. Synthetische mica wordt voornamelijk geproduceerd in de Verenigde Staten en China.

Schist

Schist is een laag- tot middel-metamorf gesteente (doorgaans gevormd bij drukken van 0,1 tot 0,8 GPa en temperaturen van 200 tot 600 graden Celsius). Het oorspronggesteente van schist was schalie, dat via de lager metamorfe fases leisteen en fylliet tot schist gemetamorfoseerd werd. Ook fijnkristallijn stollingsgesteente dat metamorfe processen ondergaat, kan schistositeit vertonen. De naam schist betekent letterlijk gescheurde steen. Door de foliatie ontstaat oplijning van mica's als muscoviet, biotiet of chloriet (groenschist). Dit is typisch voor schisteus gesteente.

De wolkenkrabbers van Manhattan zijn gefundeerd op schistlagen. Op sommige plekken echter bevindt dit gesteente zich meer dan 80 meter onder de grond en op deze plekken kunnen vanwege funderingsproblemen geen wolkenkrabbers staan. De diepte van de schistlaag bepaalt dus op welke plekken de wolkenkrabbers in Manhattan staan.

Categorie: Metamorf gesteente

Apatiet

Apatiet is een mineraal, of eigenlijk de naam voor een mineraalgroep, want de samenstelling van apatiet kan verschillen.

De apatietreeks wordt onderverdeeld in

Tussen de chemische eindleden komt volledige menging voor. Fluorapatiet is verreweg het meest voorkomend. Soms is apatiet wel synoniem met fluorapatiet.

In apatiet kan ook wat CO32- voorkomen. Verder bevat apatiet doorgaans kleine hoeveelheden IJzer (Fe), Mangaan (Mn), Magnesium (Mg) en Uranium (U).

Apatiet is het belangrijkste fosfaaterts. Uit apatiet wordt fosfor gewonnen, dat verder verwerkt kan worden tot andere fosfaten of fosforzuur. Verder wordt apatiet gebruikt voor het vervaardigen van meststoffen (superfosfaat).

Source: Wikipedia