Actinoliet

Het mineraal actinoliet is een inosilicaat met de chemische formule Ca2(Mg,Fe)5Si8O22(OH)2. Het behoort tot de amfibolen.

Download our Free bookmarks organizing software today!

Search results for 'Actinoliet':

More information on 'Actinoliet':

Het mineraal actinoliet is een inosilicaat met de chemische formule Ca2(Mg,Fe)5Si8O22(OH)2. Het behoort tot de amfibolen.

Het grijsgroene tot groene of zwarte actinoliet heeft een glasglans en een witte streepkleur. Het kristalstelsel is monoklien en de splijting is perfect volgens kristalvlak [110]. De gemiddelde dichtheid is 3,04 en de hardheid is 5,5. Actinoliet is niet radioactief.

Actinoliet heeft soms een in de lengte splijtende, naald-achtige vezelstructuur, het is één van de zes soorten asbest, en wordt ook wel groene asbest genoemd. Deze kleur is echter alleen te zien in zijn natuurlijke vorm, niet meer na verwerking. Inademing van de vezels is schadelijk voor de longen maar de concentraties in materialen zijn vaak laag. Een toepassing waar wel eens actinoliet in zit is bijvoorbeeld kit. Het mineraal is zeldzamer en op veel kleinere schaal toegepast dan bijvoorbeeld chrysotiel (witte asbest).

De naam van het mineraal actinoliet is afgeleid van het Griekse aktinos, dat "straal" betekent. Dit vanwege de vezelige structuur die actinoliet kan aannemen.

Actinoliet is een van de meest voorkomende amfibolen en komt voor in stollings- en metamorfe gesteenten. Met name in calcium-rijke gesteentes die contactmetamorfose ondergaan, wordt actinoliet gevormd.

Inosilicaat

Een inosilicaat is een silicaat waarbij de silica-tetraeders enkele of dubbele ketens vormen. De enkele ketens hebben de algemene formule Si2O7 en de dubbele ketens de algemene formule Si8O22.

Voorbeelden van inosilicaten met enkele ketens zijn de pyroxenen en met dubbele ketens de amfibolen.

Nesosilicaat -- Inosilicaat -- Sorosilicaat -- Cyclosilicaat -- Tectosilicaat -- Fylosilicaat

Categorie: Inosilicaat

Amfibool

De groep mineralen die deel uitmaken van de amfibolen zijn allen inosilicaten opgebouwd uit dubbele ketens van silica tetraeders. Het verschil met de pyroxenen is de hoek tussen de belangrijkste assen. Bij pyroxeen is die 90°, bij amfibool ongeveer 120°.

Amfibolen zijn orthorhombische of monokliene mineralen met een gemiddelde dichtheid van 3 tot 3,5 en een hardheid van 5 tot 6. Vijf soorten vallen onder de noemer asbest en zijn verwerkt in zeer uiteenlopende materialen vanwege een hoge slijtvastheid en bestendigheid. Bij bewerking kunnen echter vezels vrijkomen die schadelijk zijn als ze worden ingeademd.

De naam van het mineraal amfibool is afgeleid van het Griekse amfibolos, dat "dubbelzinnig" betekent. Het werd voor het eerst gebruikt door René Just Haüy om de amfibool-leden tremoliet, actinoliet, en hoornblende te benoemen. Sindsdien is de term voor de hele groep van toepassing.

Orthorhombisch

Monoklien

Radioactiviteit

Radioactiviteit, ook wel activiteit genoemd, is een natuurkundig fenomeen: bepaalde isotopen zijn instabiel en veranderen (desintegreren) spontaan in een andere atoomsoort. Dit noemt men radioactief verval.

Bij dit proces zenden ze straling uit. Na de desintegratie is de atoomkern veranderd van samenstelling, met name in de aantallen protonen en neutronen. Zo ontstaat een atoom van een andere atoomsoort, hetzij een andere isotoop van hetzelfde element, hetzij een ander element.

In sommige situaties is het desintegratieproduct, ook wel het dochternuclide genoemd, zelf ook weer instabiel. Het proces gaat door totdat de ontstane atoomkern in een stabiele vorm is geraakt. Men spreekt dan van een vervalketen.

Aan de ontdekking van en het onderzoek van radioactiviteit hebben veel mensen hun naam verbonden. Enkele van de voornaamste zijn:

Radioactiviteit wordt uitgedrukt in becquerel (Bq). Als er van een stof 1 atoom per seconde vervalt (desintegreert) is die stof een radioactieve bron (stralingsbron) met een sterkte van 1 becquerel.

Asbest

Asbest is een verzamelnaam voor een aantal in de natuur voorkomende mineralen (silicaten), die zijn opgebouwd uit fijne, microscopisch kleine vezels. Asbest is een natuurlijk product. Het is een delfstof die wordt gewonnen in onder andere Zuid-Amerika, Rusland en Canada. Er is een aantal verschillende asbestmineralen. Asbestvezels zijn onder te verdelen in twee hoofdgroepen:

Alleen aan de kleur van het ruwe asbest kan men zien tot welke soort het asbest behoort. Wanneer het materiaal verwerkt is, kan dat niet meer. Alleen laboratoriumanalyse kan dan nog uitsluitsel geven.

Asbestvezels kunnen zo fijn zijn dat zij niet met het blote oog waar te nemen zijn.

Asbest wordt al sinds de oudheid gebruikt: in het Rome van de oudheid gebruikten de Vestaalse maagden het voor hun lampenpitten. Karel de Grote had een tafelkleed van asbest dat hij tot verbijstering van zijn gasten in het vuur wierp na de maaltijd.

Asbest is tot in de jaren '80 van de 20e eeuw veel gebruikt in gebouwen en woningen, vanwege de goede eigenschappen: het is sterk, slijtvast, isolerend en bovendien goedkoop. Het werd bijvoorbeeld gebruikt in:

Kit

Kit is de verzamelnaam voor dikvloeibare materialen, geschikt voor verlijming of als afdichting.

Er bestaan globaal 3 soorten kitten:

Deze vervormen wel onder druk maar veren niet uit zichzelf terug en vertonen geen relaxatie. Stopverf is hier een voorbeeld van.

Vervormen onder druk, en relaxeren dan. Acrylaatkit is hier een goed voorbeeld van.

Hebben een rubberachtig gedrag, keren na indrukken of uitrekken weer in oorspronkelijke toestand terug. Moderne kitten als siliconen en polyurethaan zijn beide elastisch.

Chrysotiel

Het mineraal chrysotiel is verreweg de meest toegepaste vorm van asbest, waarvan zes soorten bestaan. In de tijd dat asbest nog een veelgebruikte grondstof was, was dit mineraal verantwoordelijk voor zo'n 98% van de wereldproductie. Het is de enige soort asbest met een vezelvorm van serpentijn, met de samenstelling Mg3(Si2O5)(OH)4. Het wordt wel witte asbest genoemd en in tegenstelling tot de blauwe vorm (crocidoliet) en de bruine (amosiet), die beide amfibolen zijn. Het mineraal komt vooral voor in metamorfe gesteenten.

Categorieën: Mineraal | Fylosilicaat | Verbinding van magnesium

Stollingsgesteente

Stollings- of magmatische gesteenten zijn gesteenten die zijn ontstaan door stolling van lava (aan het aardoppervlak) of magma (onder het aardoppervlak). De hoofdindeling van gesteenten is in stollingsgesteenten, afzettingsgesteenten en metamorfe gesteenten.

Stollinggesteenten worden onderverdeeld in 3 vormen:

In het Engels heten uitvloeiingsgesteenten volcanics, genoemd naar de Romeinse god van het vuur en de vulkanen "Vulcanus" en dieptegesteenten plutonics, genoemd naar de Romeinse god van de onderwereld, "Pluto".

felsisch--------------------------------------------------mafischkwarts - veldspaat - mica - amfibool - pyroxeen - olivijn

Categorieën: Geologie | Stollingsgesteente

Metamorf gesteente

Metamorf gesteente is gekristalliseerd of gemetamorfoseerd op grote diepte onder het aardoppervlak, of door hoge temperatuur. De stollings- en metamorfe gesteenten worden gevormd door middel van endogene processen, de sedimentgesteenten door exogene processen.

De hoofdindeling van gesteenten is stollingsgesteenten, afzettingsgesteenten en metamorfe gesteenten.

Categorie: Geologie

Actinoliet

Het mineraal actinoliet is een inosilicaat met de chemische formule Ca2(Mg,Fe)5Si8O22(OH)2. Het behoort tot de amfibolen.

Het grijsgroene tot groene of zwarte actinoliet heeft een glasglans en een witte streepkleur. Het kristalstelsel is monoklien en de splijting is perfect volgens kristalvlak [110]. De gemiddelde dichtheid is 3,04 en de hardheid is 5,5. Actinoliet is niet radioactief.

Actinoliet heeft soms een in de lengte splijtende, naald-achtige vezelstructuur, het is één van de zes soorten asbest, en wordt ook wel groene asbest genoemd. Deze kleur is echter alleen te zien in zijn natuurlijke vorm, niet meer na verwerking. Inademing van de vezels is schadelijk voor de longen maar de concentraties in materialen zijn vaak laag. Een toepassing waar wel eens actinoliet in zit is bijvoorbeeld kit. Het mineraal is zeldzamer en op veel kleinere schaal toegepast dan bijvoorbeeld chrysotiel (witte asbest).

De naam van het mineraal actinoliet is afgeleid van het Griekse aktinos, dat "straal" betekent. Dit vanwege de vezelige structuur die actinoliet kan aannemen.

Actinoliet is een van de meest voorkomende amfibolen en komt voor in stollings- en metamorfe gesteenten. Met name in calcium-rijke gesteentes die contactmetamorfose ondergaan, wordt actinoliet gevormd.

Source: Wikipedia