Mineralen in soorten en klassen

Mineralen in soorten en klassen

De 50 bekendste elementen en hun symbolen

Ag zilver (argentum) Al aluminium As arseen Au goud (aurum) B boor (borium) Ba barium Be beryllium Bi bismut Br broom C koolstof (carbon=kool) Ca calcium CI chloor Co kobalt (cobalt) Cr chroom Cu koper (cuprum) F fluor Fe ijzer (ferrum) Ge germanium H waterstof (hydrogenium) Hg kwik (hydrargyrum) jodium K kalium lithium Mg magnesium Mn mangaan Mo molybdeen N stikstof (nitrogenium) Na natrium Nb niobium Ni nikkel 0 zuurstof (oxygenium) P fosfor (phosphor) Pb lood (plumbum) Pt platina S zwavel (sulfur) Sb antimoon (stibium) Se selenium Si silicium Sn tin (stannum) Sr strontium Ta tantalium Te tellurium Th thorium Ti titanium U uranium V vanadium W wolfraam Y yttrium Zn zink Zr zirconium

ELEMENTEN

Mineralen die uit maar een enkel element (een type bouwsteen dus) bestaan hebben normaal gesproken ook de naam van dat element. Koper, Zilver, Goud, lJzer, Kwik, Bismut, Zwavel.

De "formule" van deze mineralen is dus zeer eenvoudig en dezelfde als het elementsymbool. Het symbool Cu voor koper komt van cypr-, of cuprum, voor het eiland Cyprus waar in de oudheid gedegen koper werd gevonden.

In het symbool voor zilver (Ag) herkennen we argent ofwel geld, zilvergeld. Hg voor het vloeibare kwik staat voor hydrargyrum, samengesteld uit hydro = water en argyrum = zilver, dus waterzilver of kwikzilver. Het symbool Au voor goud komt van aurum = (goud)geel. C is het symbool voor koolstof (carbo, carbon, carbonium). Koolstof kan o.a. in twee hele belangrijke en compleet verschillende vormen voorkomen: Diamant en Grafiet.

Hetzelfde element koolstof is onder invloed van twee totaal verschillende omgevingen (geologische omstandigheden, druk, temperatuur) gekristalliseerd tot twee totaal verschillende mineralen.

Steenkool, anthraciet, roet etcetera bestaan voor een belangrijk gedeelte uit amorf of superfijn grafiet.